maandag 31 maart 2014

Het gemeentelijke pluche

Witte rook boven het gemeentehuis van Lioux les Monges.
De buurvrouw staat trappelend van enthousiasme voor de deur. "We hebben een nieuwe burgemeester!" Een walm van alcohol verspreidt zich over onze keuken; de komst van de nieuwe burgervader is overduidelijk goed gevierd en buuf slaat een kopje thee resoluut af terwijl ze met een pijnlijke blik over haar buik wrijft. "We hebben de hele middag en avond gegeten en gedronken."
Zelf hebben we ons er niet zo mee beziggehouden, met de verkiezingen voor de nieuwe gemeenteraad en burgemeester. Sterker, ik verkeerde aanvankelijk in de gemakzuchtige veronderstelling dat wij, Hollandais, niet het recht hadden om te stemmen. Toen ik hoorde dat onze stem op lokaal niveau wel op prijs wordt gesteld, bleken we te laat met inschrijven. Tant pis, wij hadden het verschil toch niet gemaakt. De kaarten waren al lang geschud: Jacques Payard, onze blinde dorpsgenoot, reeds jarenlang de premier adjoint (loco-burgemeester) en een algemeen zeer gerespecteerd man, zou de nieuwe voorman van Lioux worden. Er was slechts één lijst, met daarop de namen van zeven kandidaten voor de gemeenteraad, van wie er vier reeds gemeenteraadslid zijn. Niettemin schreven 64 dorpsgenoten zich in voor de verkiezingen, brachten er daadwerkelijk 54 hun stem uit, en kregen de meeste kandidaten voldoende stemmen om zich zeker te stellen van het gemeentelijke pluche. 
Waar Nederland 403 gemeenten telt, kent Frankrijk er zo'n 37.000. Geen plaats is te klein voor een eigen Mairie, getuige ons eigen dorpje met zo'n honderd inwoners, van wie er slechts ongeveer de helft permanent wonen. Wij nuchtere Nederlanders hebben de neiging dit zeer kleinschalige politieke landschap niet au sérieux te nemen, maar dat is niet helemaal terecht. De Franse burgemeester is een politicus, hoe klein de schaal ook is. Fransen hebben doorgaans weinig vertrouwen in hun politieke leiders, maar Monsieur le Maire is een uitzondering. Desondanks is er steeds minder animo voor het ambt; financieel word je er niet veel wijzer van en het is veeleisend en tijdrovend. Niet voor niks staat er bij de (beperkte) openingstijden van de meeste Mairies op het platteland ook het mobiele nummer van de burgemeester. Volgens onze buurvrouw is het heel normaal om gewoon het huis van de burgemeester binnen te lopen met een vraag of een verzoek. Ik begrijp maar al te goed dat onze burgermoeder een vakantiehuis in de Dordogne heeft waar ze zich af en toe terug kan trekken. Haar tijd zit er op en ze mag nu gaan genieten van haar welverdiende rust. 
De enorme betrokkenheid van onze dorpsgenoten bij de lokale politiek is bijzonder om mee te maken. Laatst werd ik gevraagd een huis in de verkoop te nemen in ons dorp, van een Fransman die inmiddels elders woont, in een ander departement op enkele uren rijden. We konden een afspraak maken tijdens het verkiezingsweekend, omdat hij dan speciaal terug kwam om te stemmen. Fransen op het platteland voelen zich enorm verbonden met de grond waarop ze leven. Voorbeelden te over, positief en negatief. Talloze charmante en pierre huizen staan in deze regio volledig weg te kwijnen, smekend om een nieuwe eigenaar die het op wil knappen. De Franse eigenaren laten het nog liever wegrotten dan dat ze het van de hand doen. In ons gehucht staat een allercharmantst huisje dat volledig overwoekerd wordt maar vrij eenvoudig op te knappen is. Veel dorpsgenoten azen er op, maar de eigenaar die in de regio Parijs woont en die we hier nog nooit gezien hebben, vertikt het om het pand te verkopen. Een ander voorbeeld: De boer die aanvankelijk gebruik maakte van onze weilanden, kon extra land kopen van de vorige eigenaar van ons huis. Dit leidde tot een felle discussie op ons domein, de twee heren gebogen over enorme cadastrale tekeningen, over de exacte grenzen van de verschillende percelen. Het ging om een enkele vierkante meter hier en daar, een peuleschil gezien de vele hectaren die hier beschikbaar zijn en relatief weinig waarde hebben.
Zelf voelen we die betrokkenheid minder, maar we hebben ook geen geschiedenis hier. Die ligt in Nederland, en wij volgden vanaf de letterlijke zijlijn de verslaglegging van de Nederlandse gemeenteraadsverkiezingen. Koude rillingen liepen over mijn rug, nadat ik Wilders hoorde vragen of zijn aanhangers meer of minder Marokkanen wilden. Ook zo ontzettend niet van deze tijd, waarin steeds meer mensen wonen en werken op verschillende plekken op de wereld. Waar ze, uitgerust met alle moderne communicatiemiddelen, een à la carte leven samenstellen, soms een tijdje in Nederland, dan weer in het buitenland van voorkeur, naar gelang de wensen en behoeften op dat moment. Maar misschien hebben wij makkelijk praten in ons gemoedelijke Lioux les Monges, waar we de deur van ons huis nog nooit op slot hebben gedaan en Rob laatst bekende zelfs de autosleutel in het contact te laten als hij even ergens moet zijn. Ik heb hier nog nooit ook maar één k..marokkaantje gesignaleerd, en criminele activiteiten zijn ver weg. De Franse dorpsgenoten laten hun waardering blijken door gebruik te maken van onze diensten en onze kinderen zijn meer dan welkom zijn op school.
"Jullie mogen je ook verkiesbaar stellen voor de gemeenteraad", oppert buurvrouw, en optimistisch kijkt ze ons aan. Eerst maar eens zorgen dat we voor de volgende keer ingeschreven staan, en zorgen dat we alle kandidaten op de lijst persoonlijk kennen, dan zijn we alweer een heel stuk verder geïntegreerd. Of we ooit dusdanig betrokken raken dat we zitting nemen in de Conseil Municipal waag ik te betwijfelen. Aan de andere kant: Het leven kan raar lopen!
   
Fijn klusje, het met puin volgooien van de oude septic tank.
 
Dakreparatie. Superhandig, zo'n hoogwerker.
 


 
Coucou!
 
 
Groot onderhoud.
 
Bandenservice aan huis.
 
Dagje bij vrienden met de eerste barbecue buiten (half maart!) en een wandelingetje bij het Lac de Vassivière.
 


 

 

zondag 2 maart 2014

Carnaval

 
Carnavalsoptocht in Merinchal met Manu als Spiderman.

Carnaval is mij met de paplepel ingegoten. Het feestgedruis begon meestal op vrijdagavond al bij de lokale sportverenigingen, waarna het tot dinsdagnacht bal was. In de kinderjaren was het gemeentehuis in het dorp locatie van hossen en hoempapa; later vertrokken we verkleed en geschminkt als hippie of punker op de fiets naar omliggende dorpen als Rommelgat en Buurtgat en nog later naar big city Eindhoven (Lampegat). Op woensdagochtend moesten we naar de kerk voor het Askruisje, het begin van de katholieke Vastentijd. De rest van de carnavalsvakantie werd meestal in bed doorgebracht, met flinke keelpijn en zonder stem. Dit laatste werd destijds op zeventienjarige leeftijd ontzettend stoer bevonden. Hoe rauwer de stem uit het carnavalsgedruis kwam, des te groter je populariteit, zo gold in de jaren tachtig in Zuidoost-Brabant.
Nadat ik rond mijn 25ste uit Brabant vertrok, was het gedaan met carnaval. Ik ben er nog wel eens een avondje voor teruggegaan, maar dit werkte niet. Carnaval is vier dagen je onderdompelen, en het duurt even voordat je er lekker in zit. Een avondje is niet voldoende. En de hele gemeenschap moet meedoen, de plaatselijke middenstand, jong en oud, boeren en kakkers, iedereen. In Vleuten, waar we de laatste jaren voordat we naar Frankrijk vertrokken woonden, was er wel een armzalig optochtje, maar er liepen daarnaast net iets te veel mensen niet verkleed een beetje bevreemd toe te kijken. Ook in Frankrijk leeft carnaval niet zo, ook niet in de Creuse, heb ik recentelijk ontdekt. Viggo is op school al weken druk bezig met het maken van wolfskoppen van papier-maché voor het défilé op 25 maart. Alle kinderen zullen als une meute de loups door de straten van Auzances paraderen. De ouders werden verzocht zich als vrijwilliger aan te melden om te helpen bij de optocht. Ik rook mijn kans, ben tot nu toe niet echt actief op Viggo's school, maar meende hier met mijn kennis en ervaring van het carnavalsfeest van meerwaarde te kunnen zijn. Manu's school in Merinchal organiseerde reeds vorige week voor de schoolvakantie een optocht. Onze verkleedkleren beperken zich tot een piratenpak en een Spiderman pak. Manu koos voor het laatste. Om half 3, na de warme maaltijd in de schoolkantine en la sieste voor de kleintjes, zou het spektakel beginnen, een rondgang door het dorp en een feestelijke afsluiting in het Chateau. De ouders mochten komen kijken. Helaas, toen de kinderen zich goed en wel hadden opgesteld, trokken donkere wolken zich samen boven het gemoedelijke dorp en begon het te spetteren. Snel werd het programma aangepast en werden de kids in rap tempo naar het kasteel, waar ook de burgemeester zetelt en het salle de fête haar onderkomen heeft, gedirigeerd. Hier stonden reeds lange tafels opgesteld vol met door de moeders gebakken taarten en andere lekkernijen, en werden de leerlingen, eerst de kleintjes van de maternelle en daarna de grotere van de primaire, keurig opgesteld om liedjes te zingen. Lieve, verantwoorde kinderliedjes. Geen kabouterpolonaise, een Franse Arie Ribbens, of vooruit, Kabouter Plop, een beetje gek, een beetje los, een beetje carnaval....nee de kinderen draaiden de liedjes af en de ouders keken bijna bewegingloos toe. Er was welgeteld een juf, duidelijk de dolste van het stel, die voorzichtig met haar heupen bewoog en intussen uitdagend naar de andere leerkrachten en de ouders glimlachte, maar van enige bijval was geen sprake. Na de liedjes mochten de kinderen zich tegoed doen aan de lekkernijen. Dit heeft iets weg van een avondje onbeperkt spareribs eten voor 12,50 euro, zo staan de Fransoosjes hele brokken taart weg te werken, met z'n allen staand aan de lange tafels, niemand die hen een halt toeroept. Inmiddels was het opgehouden met regenen en werd alsnog de optocht door het dorp gelopen. De middag moest tenslotte tot half 5 uitgezeten worden, dan zouden de ouders die er niet al waren hun kroost ophalen. Er was geen muziek en er waren geen toeschouwers. Alleen de dorpsslager kwam zijn winkel uit en deed een dansje. Het had meer weg van een stiltetocht, alleen de kaarsjes ontbraken nog. Geroutineerd werd het programma afgewerkt, maar van enig plezier of gekkigheid was tot mijn grote verbazing geen sprake. Aan een moeder vroeg ik of er ook nog carnaval voor de volwassenen werd georganiseerd. Of ik de uitnodiging voor het bal masqué niet had ontvangen, vroeg ze verbaasd. 'Nee', loog ik. Ik had deze uitnodiging niet geassocieerd met carnaval en het papiertje lag al lang en breed in de prullenbak. Integratie kent grenzen.
Overigens houden we het op de kop af alweer twee jaar vol in ons nieuwe moederdepartement. Het gaat erg goed, Rob heeft veel werk bij klanten, Nederlandse, Engelse en inmiddels ook Franse, en ik ben vooral actief in de makelaardij wat ik erg leuk vind. Reden voor een goed glas (bier!). En een polonaise door de keuken. Maar zeker niet te dol, niet te luidruchtig en te vrolijk, maar ingetogen op z'n Frans. Alaaf!

De kleuters verzamelen zich voor carnavalsdéfilé bij de school in Merinchal. Kijk hier het filmpje.

'Carnavalsfeest' in het Chateau de la Mothe, tegenover de school in Merinchal.
 
Aanvallen!
Taartjes maken voor het kinderfeestje van Viggo die 6 jaar werd.
Met digitale instructies.
 


 
Très spécial!
We vierden het feestje samen bij Jean-Luc en Sophie, de ouders van klasgenootje Noémie, die twee dagen eerder jarig is. Voorafgaand eten we gezellig samen.
De hele klas was uitgenodigd, en alle dertien kinderen waren present, en zelfs nog een extra, de oudere broer van klasgenootje Luis werd voor het gemak ook maar meteen gebracht door de ouders.

Jarige jobjes Viggo en Noémie in het midden.

Eerste ponyles van Viggo, bij de manege in Felletin.




Niks zo fijn als Olympische Spelen kijken, en je werk rond de belangrijke (schaats)wedstrijden plannen.

Genieten van de Nederlandse successen.


Zelfs het BlaBlaBla (commentaar) hebben we gevolgd.

Gezellig dagje op bezoek bij oom en tante met een vakantiehuis in het zuiden van de Corrèze, in de prachtige regio rond Beaulieu-sur-Dordogne, ruim twee uur rijden ten zuiden van ons. Het was prachtig weer en we konden heerlijk buiten eten.


 
Klussen! Tussenmuur in schuur verwijderd.

Onze toekomstige (uitbreiding van) de woonkamer.

En als we dan toch aan het breken zijn, dan ook maar meteen het antieke buitentoilet.



Door de vele regen is het overal erg drassig geworden; het puin gebruiken we om het natte stuk naast de vrijstaande schuur te verharden, zodat we hier in de toekomst grind kunnen storten.

Afwerking van de twee zolderruimtes; het aanbrengen van plinten.